Brooklyn (slot)
Rijd mee met Jonathan Wieme, de man achter Motorcycle Cities, tijdens zijn belevenissen in Brooklyn, New York, en ervaar met hem pure motorcultuur.De volgende etappe leidt me naar Red Hook, een van de oudste buurten van Brooklyn die volledig van de rest van de wijk gescheiden is en uitsluitend per buslijn te bereiken. De buurtnaam is rechtstreeks afgeleid van het Nederlandse ‘Rode Hoek’; je hoeft niet veel verbeeldingskracht te hebben om daaruit te concluderen dat het een ruige buurt was, een ideaal grondgebied voor gangsters als Al Capone en drugsdealers. Lang daarvoor was Red Hook een import-export handelscentrum met pakhuizen vol katoen, graan, brandbare vloeistoffen als terpentine en benzeen en ieder ander denkbaar materiaal waar maar handel in zat.
De unieke locatie in de haven van New York wist ook zware industrie aan te trekken die behoefte had aan een strategische positie bij de droogdokken, om daar ruwe materialen binnen te halen en afgewerkte producten weer in te schepen. Zelf wil ik me focussen op wat er zich hier vandaag de dag afspeelt; Red Hook kent een hoge concentratie werkplaatsen en motorshops. Zoals het fraaie Union Garage NYC, Italiaanse custom bouwers zoals Moto Borgotaro en Moto Pistole, de super getalenteerde Japanner van Keino Cycles, het onvermijdelijke Brooklyn Motor Works en de kleine Vespa-zaak Scooter Bottega.
Union Garage opende zijn deuren in 2012, maar Chris’ avonturen dateren van veel eerder. Aangevuurd door zijn huidige buurman Peter Boggio van Moto Borgotaro, begon Chris zijn professionele leven als leerling-monteur in de tweewielerwereld. Peter is specialist in BMW, Ducati, Laverda, Norton, Moto Guzzi en Triumph, maar een zonderling figuur in de vintage motorwereld. Als je hem wilt ontmoeten of spreken: kansloos. Iedere media-aanvraag voor een interview wuift hij weg. Geen wonder dat hij zijn zaak slechts één uur per week openstelt voor publiek om zich te kunnen blijven concentreren op zijn werkzaamheden. Peter is erger dan Daft Punk… en tegelijkertijd minstens zo goed. Chris geeft grif toe dat hij Peter vijf jaar lang achter zijn vodden heeft gezeten om eens een promovideo te maken, wat hem uiteindelijk lukte. Zoek maar eens op internet naar de korte film van Robert Serrini, genaamd ‘Moto Borgotaro - The 1979 Moto Guzzi Le Mans’.
Terug naar Union Garage. Onder de knappe collectie merken vinden we veilige en stijlvolle investeringen als REV’IT! en Aether. Daarnaast is het een van de weinige adressen waar je Belstaff vindt en waar lokale en minder bekende merken aan bod komen, zoals Lost Worlds, een merk met paardenleren jassen. Ook werkt Union Garage samen met Vanson Leathers voor leren jassen. Naast jassen, biedt de shop alle soorten helmen zoals Bell, Biltwell, Schuberth en Shoei. Voor overige lichaamsdelen heeft Union Garage onder andere Stylmartin, Mission Workshop, TCX, Sidi en Schott in de collectie.
Qua klantenkring bestaat 20% uit onervaren motorrijders die nieuw zijn in de motorwereld. Ze zoeken een complete outfit, maar weten niet precies wat ze nodig hebben. Het merendeel van deze instappers bestaat uit studenten, architecten, fotografen en andere types met een creatieve achtergrond, die allen op zoek zijn naar een coole attitude. Chris en zijn team geven deze klanten advies in het vinden van de beste balans tussen look, veiligheid en kwaliteit, uiteraard afhankelijk van hun speciale wensen en behoeften.
Aan het einde van de rondleiding neemt Chris me mee naar een ruimte boven, waar hij onder een stoffige tafel een machine vandaan tovert die het midden houdt tussen een bandschuurmachine en een DeLorean, die kar uit de film Back to the Future. De machine is nog een prototype en ontworpen om de duurzaamheid en sterkte van motorfietsonderdelen en -accessoires te testen. In tegenstelling tot Europa, bestaan in de VS geen normen en officiële goedkeuringseisen voor motoraccessoires.
Uiteindelijk wil Union Garage onder de eigen naam zelf motoraccessoires gaan produceren. Deze machine zal dan aangewend worden voor onderzoek & ontwikkeling om garant te kunnen staan voor de kwaliteit en duurzaamheid van hun producten en materialen, zodat ze zich kunnen meten met soortgelijke accessoires van andere merken. Misschien dat de Union Garage-standaard ooit de nieuwe maatstaf wordt. Over ambitie gesproken.
Tyler onderhoudt en bouwt voornamelijk Ducati’s. Om genoeg ruimte over te houden om de benen te strekken en zijn werk te verdelen, beperkt Tyler zich tot de riem aangedreven Ducati’s, dus feitelijk alle modellen vanaf het Pantah-blok van de vroeg jaren tachtig. Peter op zijn beurt doet het onderhoud aan de koningsassers van Ducati, zoals de beroemde 750 SS uit de mid 70’s.
Maar hier foto’s maken, no way. Terwijl Elle Magazine en Vogue China hier deze week nog op bezoek zijn geweest. Lekker dan. Dan maar een gesprek aanknopen met Tylor die niet te beroerd is om in zijn werkplaats tijd aan mij te besteden en te vertellen over zijn betrokkenheid bij de motorscene in Brooklyn. Voor hem begon alles met Ducati’s in Oregon, eerst als klant, later als een leerling-monteur. Hij is geen zelfbenoemde monteur of bouwer, eerder iemand die diepgaande technische opleidingen heeft gevolgd en sleutelervaring opdeed bij de besten. In 2007 verhuisde hij naar New York City, waar hij aan de slag ging bij een Ducati-dealer.
Maar de tijd zat niet mee, waardoor hij afscheid moest nemen van de dealer. Tijd dus om zijn eigen ding op poten te zetten. Hij landde in Red Hook en vestigde zich een paar jaar later definitief in Union Street, naast Peter.
Sindsdien lopen de zaken op rolletjes en zit zijn agenda een half jaar vooruit geboekt. Zo jongleert hij tussen onderhoud, reparaties en custom bouw. Voor het idee: jaarlijks zet hij zo’n drie-vier custom projecten op het asfalt, zowel persoonlijke projecten als particuliere opdrachten.
Niettemin is er tussentijds het een en ander veranderd; ben je van plan NYC aan te doen na dit verhaal, grote kans dat je Tyler niet in Brooklyn zult treffen. Inmiddels is hij verhuisd naar Edinburgh, Schotland, de geboortegrond van zijn vrouw. Gelukkig kunnen Europeanen en Schotten gebruik maken van Tylers diensten; hij werkt aan de andere kant van de grote plas gewoon door aan zijn passie en met Ducati. Wordt dus vervolgd.
Keinosuke Sasaki, beter bekend als Keino, is geboren in Aichi en getogen in Fukuoka, Japan. Het startschot voor zijn levenslange toewijding valt als hij zijn been verbrandt aan de uitlaat van zijn vaders motorfiets. Die actie moet dus een diepe indruk op hem hebben achtergelaten. Op latere leeftijd gaat hij werken aan de lopende band bij Mitsubishi, maar weet genoeg geld te sparen voor een enkele reis Verenigde Staten, waar hij zich in 1998 begint te bekwamen in het sleutelen. Voor hem is het een unieke gelegenheid om zijn droom na te streven en uit te groeien tot motorbouwer. Keino heeft al snel in de gaten dat de sleutel tot het succes niet bestaat uit het vervangen van een paar spiegels en het poetsen van verchroomde delen, dus na korte tijd begint hij samen met zijn vriend Paul Cox – die vooral aan Harley-Davidsons werkt - het vak te leren bij een dealer in Manhattan met niemand minder dan Indian Larry als mentor.
In 2007 besluit Keino zijn eigen weg te gaan en eigen projecten aan te pakken. Inmiddels is hij gevestigd in Van Dyke Street, waar hij vorm koppelt aan functie, zoekend naar de perfecte harmonie tussen elk onderdeel en ieder detail op zijn motoren. De motor is uiteindelijk ‘gewoon maar’ een vervoermiddel, dus het gebruiksdoel moet altijd voorop blijven staan. Ondanks zijn terugkerende minimalistische benadering, wil hij liever niet te halsstarrig vasthouden aan een bepaalde stijl. Keino’s motoren zijn gewoon wat ze zijn.
Sasaki werkt niet alleen aan Harley-Davidsons; in zijn garage loop ik ook andere merken tegen het lijf, zoals Triumph, Yamaha en Vincent. Wat Vincent betreft trekt Keino’s ‘Widow Jane’ mijn grootste aandacht. Die machine intrigeert me omdat Vincent customs zeer ongebruikelijk zijn. Daarvoor zijn de machines te mythisch en (veel) te kostbaar; beter bekend staan ze om de astronomische bedragen waarmee ze op veilingen van de hand gaan. Keino wilde het frame onaangeroerd laten en deze beperking voor lief nemen. Ook al is de Vincent als eindresultaat een custom, hij kan eenvoudig weer in de oorspronkelijke staat teruggebracht worden. De naam ‘Widow Jane’ tot slot is niet alleen de naam van de machine, maar ook die van een whiskeystokerij, een paar blokken verderop.
Ik ga langs bij VAX Moto, een opslagplek, motorstalling en nog veel, veel meer. Echt een plek waar pareltjes verborgen liggen en sterke verhalen worden verteld. Mensen komen hier om gebruik te maken van de ruimte en voor het onderhoud dat eigenaar Justin uitvoert.
Niet alleen kun je je motor er stallen, ook kun je het aanwezige gereedschap en de werkbank gebruiken, of gewoon rondhangen met zielsverwanten. Koud bier is altijd voorhanden, net als gasten die een verhaal te vertellen hebben of je een handje willen helpen. Maar bovenal is het een plek waar mensen hun motoren stallen. Wil je je motor meerdere maanden schoon, warm en pico bello stallen, dan ben je $115,- per maand kwijt.
Heb je thuis geen ruimte en wil je 24/7 bij je motor kunnen om bijvoorbeeld onderhoud te plegen, dan kost het je maandelijks $265,-. Je kunt geen jaarlidmaatschap nemen, wel maandelijkse betalingen doen met een minimum van zes maanden om overtollig gebruik van gereedschap en onderhoud te voorkomen. De diversiteit hier met alle soorten merken, motortypes, mensen en culturen verrast me. Je vindt hier zelfs motorfietsen die nog minder waard zijn dan een maandtarief, maar het feit dat zo’n oud barrel een eigenaar heeft, maakt deze plek van onschatbare waarde.
Je hoeft geen uithangbord te hebben dat van drie straten verderop in een hippe buurt te zien is, of prat te gaan op 80K+ volgers op Instagram om hier in de belangstelling te staan. Als bijna iedereen die je in Brooklyn tegenkomt over die ene persoon praat, dan weet je dat je een grote vis aan de haak hebt.
Tim is meer dan vijftien jaar aan het sleutelen en klungelen, acht jaar geleden werd het zijn beroep. Pas 2-3 jaar geleden werd zijn zaakje winstgevend, om maar aan te geven dat dus niet alles van een leien dakje ging. Wil je de kost verdienen, dan moet je die ene niche vinden, compromissen leren sluiten, je ego opzij zetten en jezelf een slag in de rondte werken om iets van een reputatie op te bouwen. Precies dus de dingen waar Tim al vijftien jaar aan werkt, die hij heeft bereikt en die hij in stand houdt.
Zijn niche, dat zijn oude BMW’s. In zijn werkplaats vind je geen Japanse of andere te toegankelijke, populaire modellen, om dezelfde reden dat je geen Fiat Punto in een Ferrari-garage zult aantreffen, toch? Zijn klanten bestaan voornamelijk uit jonge ‘Wolves of Wall Street’. Dikke portemonnees, op zoek naar authenticiteit, ook al betekent geld niet alles. Jaarlijks werkt Tim gelijktijdig aan zo’n tien motoren, afhankelijk van de staat van de motorfiets en het te verwachten werk.
Tussen klantenfietsen door, houdt hij zich ook met eigen projecten bezig; die vullen in zekere zin zijn portfolio. Deze machines exposeert hij op shows, tijdens competities en soms in magazines. Zo ook tijdens de laatste Brooklyn Invitational waar hij zijn BSA uit 1951 presenteerde.
Geheel in lijn met zijn werkethiek, schuwt hij het niet om zomaar bakken cash en $10K voorschot af te wijzen, afkomstig uit de gevulde zakken van een voortvarende klant. Respect moet je tonen. Door het aanvankelijk aanbod in de wind te slaan, zal dezelfde klant een volgende keer met een wat nederigere mindset naar hem toe komen.
Maar als uiteindelijk de stemmingswisselingen blijven terugkomen, kan de klant zomaar besluiten dat de kleur hem niet bevalt. Dan zit je klem. Op zo’n moment moet je jezelf de juiste vragen stellen, een stap terug doen en de situatie vanuit een zakelijk perspectief overzien, om zo toch nog het juiste compromis te kunnen sluiten.
Een ‘fuck you’ kan wel eens vallen, maar Tim kiest altijd voor onderhandeling en is dan de beroerdste niet om de kleur te veranderen in ruil voor een zware envelop. Als de klant toestemt, is iedereen weer even goede vrienden. Tim weet dat dergelijke concessies gedaan moeten worden om aan de wensen van de klant tegemoet te komen. Maar het meeste plezier vindt hij in de perfectie van zijn producten, het overtreffen van verwachtingen en het blijven streven naar het ideale resultaat. Per slot van rekening ben je zo goed als je laatste klus….
In flink wat werkplaatsen wordt het businessmodel bepaald door de huidige koopkracht en de wens om hoge piefen uit Manhattan in de zaak te krijgen. Niet echt verrassend. Dit soort gasten zijn niet geboren met de ziel van een echte motorrijder en de nederigheid die daaruit voortvloeit.
Vaak worden de hotshots de motorscene in gedreven om een trend of modebeeld te volgen. Daarom kan het net zo schadelijk zijn als deze trend stopt, als dat ‘ie gewoon door blijft gaan. Maar geen zorgen, zoiets zal op korte termijn niet gebeuren; een natuurlijke selectie zal het werk doen. Zoals Keino zegt: ‘De tijd zal het leren’. Net als in iedere cyclus zullen de opportunisten als eerste van boord stappen. Ik hoop in ieder geval dat alle goede mensen die ik heb ontmoet wel aan boord blijven en de wind in de zeilen blijven houden.
Deze aflevering van Motorcycle Cities is opgedragen aan alle slachtoffers van de aanslagen in Brussel, Istanbul, Parijs, Ankara en aan alle anderen die het leven lieten door terreur van Islamitisch Staat.
Allemaal steden, allemaal mensen, getroffen door haat en terrorisme.
Denk aan degenen die je liefhebt, vergeet ze niet.
Jonathan Wieme
De man achter Motorcycle Cities. Dit is een onafhankelijk uitgegeven magazine dat we toevallig tegen het lijf liepen op een zaterdagmiddagwandeling door Antwerpen.
Wil je meer verhalen lezen vanuit het hart van de urban motorscene, over bouwers die de toekomst vormgeven en de mensen die erin vertoeven? Dan ben je bij ons aan het goede adres! Bewonder en lees de overige journaals en mis ons niet op Instagram @revit_urban